26-02-2011

Monsters

Als ik in mijn bed lig, raakt mijn grote teen iets zachts en wolligs. En ik moet ineens denken aan Teuntje, mijn trouwe knuffelbeest zonder wie ik niet wilde slapen. Teun was een aapje, had ook zo’n lekker zacht vachtje en van die grote trouwe apenogen. Ik was er van overtuigd dat hij me beschermde tegen enge monsters in mijn kamer. Iedere avond voor het slapen gaan keken we samen onder het bed en in de kast om vast te stellen dat de kust veilig was.

Mijn liefde voor knuffelbeesten heb ik later omgezet in liefde voor echte beesten. Hoewel mijn ouders liever geen dieren in huis wilden halen, kregen we op een zeker moment toch een echte cavia. Knabbeltje was helemaal top, maar kwam na een operatie aan zijn te lange voortanden in de caviahemel terecht. Daarna kwam er een tamme parkiet. Chippy vloog overdag gewoon door het huis en snoepte stiekem uit de suikerpot. Hij kwam op je schouder of hoofd zitten en raakte in vervoering van zijn eigen spiegelbeeld. Het was nogal een egocentrische parkiet die zich in een oversekste bui vol overgave op een glimmend theelepeltje stortte. Gelukkig was ik tegen die tijd wel over mijn angst voor monsters onder mijn bed heen, want het was een waakparkiet van niks. Na een paar jaar ging Chippy met een luide kreet letterlijk van zijn stokkie. Een hartaanval luidde het medische oordeel van de buurman. Die was overigens dierenarts en had er dus verstand van.

Tot 9 jaar geleden heb ik geen huisdieren meer gehad. Tot het verlangen naar een vriendje met een zacht wollig vachtje weer de kop op stak. Ik maakte in het asiel kennis met kater Thommy. Het was liefde op het eerste gezicht. Hij sloeg met zijn poot naar me en ik zag dat als een teken van zijn genegenheid. Twintig minuten later en 45 euro armer stond ik met mijn nieuwe liefde in een mandje weer buiten. Vanaf het eerste moment wist Thommy dat hij heer en meester is van huize Laura. Menig gevecht in de buurt kan hij op zijn naam schrijven. ‘Mi casa es su casa’ gaat er bij hem niet in, zijn kattenluikje is alleen voor hem. Hij verdedigt zijn terrein met gevoel voor dramatiek en heeft zich ontwikkeld tot de schrik van de buurt. Geen andere kat durft ook maar een poot in mijn tuin te zetten als Thommy in de buurt is. En ook honden raken in de war als stoere Thommy geen centimeter wijkt. Thommy is nu een senior en dat betekent dat hij wat minder zijn best doet om zijn reputatie hoog te houden. Hij ligt vooral veel te snurken op de bank en te dromen over de grootse veldslagen die hij in zijn jonge jaren leverde.

Ik wiebel nog eens met mijn tenen, en voel weer dat zachte vachtje. Langzaam dringt tot me door dat mijn knuffel van vroeger niet onder de deken kan liggen en dat Thommy over zijn oorlogsverleden droomt op de bank. Ik zit rechtovereind in bed als ik het dekbed open sla. Twee vreemde kattenogen staren me aan. Help! Een monster in mijn bed!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten